Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
= wit | |
= donkergrijs | |
= lichtgrijs | |
= lichtblauw/paars |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
DROPS 101-26 |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
DROPS trui met raglanmouwen en strepen van ”Paris”.
DROPS 101-26 |
|||||||||||||
Boordst: * 3 r, 3 av *, herhaal van *-*. Strepen: Zie teltekening M.1. Tip voor het minderen (geldt voor de raglanminderingen): Minder aan weerskanten van de 3 av st (op de goede kant), 2 van deze minderingen komen op het voor- en achterpand en 1 op de mouw. Minder op de goede kant: Voor de 3 st av: 2 r samenbr. Na de 3 st av: 1 st r afh, 1 r, afgeh st overh. Minder op de verkeerde kant: Voor en na de 3 st r: 2 av samenbr. TRUI: Draai de trui binnenstebuiten als hij klaar is zodat de verkeerde kant de goede kant wordt. Voor – en achterpanden: Het werk wordt in het rond gebreid. Zet 138-156-174-192-210 st op met rondbreinld 4 mm en witte Paris en brei 2 nld av. Brei vervolgens boordst – volg de beschrijving hierboven – tot een hoogte van 6 cm. Lees het onderstaand alstublieft goed door voordat u verder gaat: Wissel naar rondbreinld 5mm en plaats een merkdraad aan weerskanten. Brei de trui tot de vereiste afmetingen in tricotst – en minder tegelijkertijd na de boord, gelijkmatig verdeeld 10-12-14-12-14 st = 128-144-160-180-196 st. Meerder vanaf een hoogte van 10 cm 4-4-4-3-3 x 1 st aan weerskanten van beide merkdraden op elke 6 -6 -6 -9 -9 cm = 144-160-176-192-208 st. Brei tegelijkertijd vanaf een hoogte van 23-24-25-26-27 cm de strepen volgens tekening M.1. Kant bij een hoogte van ca 32-33-34-35-36 cm aan weerskanten 10 st af voor de armsgaten = 62-70-78-86-94 st resteren op het voor- en achterpand. Leg het werk terzijde en brei de mouwen. Mouwen: Zet 48-48-54-54-54 st op met sokkenbreinld 4mm en witte Paris en brei 2 nld av. Ga verder in boordst – volg de beschrijving hierboven – tot een hoogte van 7 cm. Wissel naar sokkenbreinld 5mm, en brei de rest van de mouw tricotst tot de vereiste afmetingen – pas tegelijkertijd in de eerste nld het aantal st aan naar 46-48-50-52-54 st. Meerder vanaf een hoogte van 12 cm 9-10-11-12-13 x 2 st in het midden van de ondermouw op elke 4 -3½ -3 -2½ -2½ cm = 64-68-72-76-80 st. Brei tegelijkertijd vanaf een hoogte van 38-37-37-36-36 cm de strepen volgens tekening M.1. Kant bij een hoogte van ca 47-46-46-45-45 cm (d.w.z. na dezelfde streep als op het voor- en achterpand) 10 st af op het midden ondermouw = 54-58-62-66-70 st resteren. Leg het werk terzijde en brei de andere mouw. Pas: Zet de st van de mouwen op dezelfde rondbreinld als de panden boven de afgekante st voor de armsgaten = 232-256-280-304-328 st. Plaats 1 merkdraad in alle overgangen van panden naar mouwen = 4 merkdraden. Ga verder in tricotst en met M.1. Minder tegelijkertijd voor de raglan aan weerskanten van alle 4 merkdraden – zie de tip voor het minderen: Minder in elke 2e nld 19 keer voor alle maten, en vervolgens in elke nld 0-2-4-6-8 keer. Zet tegelijkertijd bij een hoogte van 47-49-51-53-55 cm de middelste 12-14-16-18-20 st op een draad op stekenhouder en kant hierna af aan weerskanten voor de hals in elke 2e nld: 1 x 2 st en 1 x 1 st. Als alle minderingen voor de hals en de raglan voltooid zijn resteren er 62-68-74-80-86 st en heeft het werk een lengte van ca 54-56-58-60-62 cm tot de schouder. Hals: Brei het halsboord met wit. Neem ca 20 tot 30 st op langs de voorhals (incl. st de st van de draad of stekenhouder) = ca 82 tot 116 st. Zet alle st op sokkenbreinld 4mm. Brei 1 ribbelst en minder tegelijkertijd, gelijkmatig verdeeld naar een aantal van 72-78-78-84-90 st. Brei 3 cm boordst, kant af. Afwerking: Draai de trui binnenstebuiten zodat de verkeerde kant de goede kant wordt. Sluit de opening onder de armen. Koordje: Knip 2 draden van 6 m wit garen. Vouw ze dubbel en doe de lus om een deurknop of iets dergelijks en draai ze op tot ze in elkaar kringelen als u ze laat vieren. Schuif een sleutel of een schaar naar het midden van het koord, neem de beide uiteinden in uw hand en laat het koord zichzelf opdraaien. Leg een knoop in beide uiteinden . Rijg het koord op en neer met een tussenruimte van 3 st in de overgang tussen de tricotst en de boordst langs de hals . |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (30)
Régine Plessis wrote:
Bonjour, Je suis arrivée au raglan en tours. Pour faire 4 diminutions tous les 2 rangs, j'ai un doute. Après avoir fait une fois les 4 diminutions faut-il faire un tour sans faire de diminution et ensuite un tour avec diminutions? Merci
07.03.2021 - 17:26DROPS Design answered:
Bonjour Mme Plessis, vous diminuez pour le raglan tous les 2 tours autrement dit répétez ainsi: *1 tour de diminutions, 1 tour sans diminuer* 19 fois au total de *à* et diminuez ensuite tous les tours si besoin pour votre taille. Bon tricot!
08.03.2021 - 09:24Suvi wrote:
Missä kohtaa neuleessa on kerroksen vaihtumiskohta ja miten sen saa tehty mahdollisimman huomaamattomaksi raidoituksen kohdalla vai vaihdetaanko vain väri ja jatketaan neulomisesta normaalisti?
20.09.2020 - 16:39DROPS Design answered:
Hei, kerroksen vaihtumiskohta on keskellä takana. Mikäli saman väristen raitojen välissä ei ole liikaa kerroksia, voit jättää langan odottamaan, kunnes tarvitset sitä uudestaan. Odottamassa olevia lankoja voi myös kuljettaa työn mukana kiertämällä ne rajakohdassa toistensa ympäri.
21.09.2020 - 16:47Francesca wrote:
I am doing the increases on the sides of the bottom part - I did the first increases and knit a couple of rounds, but the increases are very visible. I used the M1L/M1R technique. Do you have any suggestion on a different technique that would be less visible on the WS? Maybe I should try with the YO+Ktbl? Also, the first decreases after the 3/3 rib: I did all with k2tog, but on some spots they are very visible and mess up a work that would be much more neat otherwise...
25.03.2019 - 01:46DROPS Design answered:
Dear Francesca, you can try with knit front and back - remember jumper will then be turned inside out -the purl side is the right side of piece. Happy knitting!
25.03.2019 - 12:14Unni Kvil Nordal wrote:
Hei! Jeg har strikket denne genseren i Paris-garn, (og har riktig strikkefasthet), men syntes den ble litt løs. Hvis jeg prøver å strikke med Nepal-garn, er det garnet litt fastere i strikkefasthet?
31.10.2018 - 13:26DROPS Design answered:
Hei Unni. Paris er et bomullsgarn og er derfor mer "kompakt" og mindre elastisk enn et ullgarn - som feks Nepal. Et ullgarn er ofte "løsere" i teksturen enn bomull og vil nok fylle ut mer mellom maskene. Slevom de har samme strikkefatshet vil nok et ullgarn virke tettere enn et bomullsgarn - fordi det fyller ut mer. Du kan strikke deg en prøvelapp og se hva du syntes. God fornøyelse.
31.10.2018 - 16:20Laforet Jacqueline wrote:
J'ai les explications mais pas le diagramme M1. Pouvez vous me le faire parvenir
09.09.2018 - 17:25DROPS Design answered:
Bonjour Mme Laforet, les diagrammes sont de nouveau visibles sur notre site après la maintenance de ces derniers jours, vous trouverez M.1 juste à gauche du schéma des mesures. Bon tricot!
11.09.2018 - 08:35Lion wrote:
Bonsoir , Alors , il y a une erreur sur les explications , il est écrit : "diminuer 19 fois tous les 2 rangs pour toutes les tailles , puis diminuer tous les 0-2-4-6-8 rangs " je ne sais pas si je dois suivre le texte ou bien ce que vous m'avez écrit ???? En vous remerciant , cordialement , V LION .
05.02.2016 - 19:22DROPS Design answered:
Bonjour Mme Lion, oups autant pour moi, en taille L ,vous diminuez d'abord 19 fois tous les 2 tours puis tous les 4 tours/rangs, en même temps n'oubliez pas l'encolure. Bon tricot!
08.02.2016 - 10:33Lion wrote:
Bonjour , je reviens vers vous encore pour les diminutions du raglan , en effet il est écrit de diminuer 19 fois tous les 2 rangs puis tous les 4 rangs (taille L ) alors que vous m'écrivez : " tous les rangs " ; comment faire ??? D'autre part , après l'encolure faut-il continuer en aller retour sur les aiguilles circulaires ? En vous remerciant , V Lion .
26.01.2016 - 09:24DROPS Design answered:
Bonjour Mme Lion, en taille L, on diminue d'abord tous les 2 rangs puis 4 fois tous les rangs. Quand vous avez mis les mailles de l'encolure en attente, continuez en allers et retours sur l'aiguille circulaire en rabattant les mailles pour l'encolure au début de chaque rang de chaque côté. Bon tricot!
26.01.2016 - 10:29Lion wrote:
RE bonjour, d'autre part, s'il faut diminuer tous les nombres pairs de rangs , toutes les diminutions se feront toutes à l'endroit ou toutes à l'envers ?????? Cordialement , V Lion .
24.01.2016 - 16:06DROPS Design answered:
Bonjour Mme Lion, on diminue d'abord tous les 2 rangs puis tous les rangs (sauf en taille S), on aura ainsi: d'abord 1 tour/rang avec dim (sur l'endroit) et 1 tour/rang sans diminution (sur l'envers), puis on diminuera tous les tours/rangs (= sur l'endroit et sur l'envers). Bon tricot!
25.01.2016 - 12:21Lion wrote:
Bonjour , je me permets de vous écrire car je ne comprends pas la phrase pour les diminutions : diminuer de chaque côté des 3 m envers , 2 m pour le dos et 1 pour la manche ??????? Ainsi que pour l'encolure : je suppose que à partir des mailles mises en attente il faut tricoter en aller retour ???? En vous remerciant , V LION .
24.01.2016 - 16:00DROPS Design answered:
Bonjour Mme Lion, vous placez vos marqueurs à chaque transition manche/dos/devant, quand on va diminuer, on aura 2 m env (sur le dos et le devant), marqueur, 1 m env (manche) ou vice-versa (1 m env (= manche), marqueur, 2 m env (dos/devant)). Après avoir mis les mailles de l'encolure en attente, on continue effectivement en allers et retours en continuant les diminutions du raglan comme avant. Bon tricot!
25.01.2016 - 12:18Lillian Enevoldsen wrote:
Jeg har strikket denne model i garn Paris. Super lækker. Nu kunne jeg godt tænke mig at strikke modellen i lidt tyndere garn f.eks Muskat eller lign. men hvilken? Eller er der en anden opskrift jeg evt. kan bruge? Kan dette lade sig gøre?
12.02.2015 - 11:05DROPS Design answered:
Hej Lillian. Hvis du strikker i tyndere garn, saa aendrer strikkefastheden sig ogsaa - maalene vil aendre sig. Du kan eventuelt tilpasse mönstret, men du kan ogsaa se en af mönstrene her (bluser med raglan til gruppe B (bl.a. Muskat)), finde et lignende mönster og saa bruge striberne fra mönstret her?
12.02.2015 - 17:14